Menig MKB-ondernemer wordt ermee geconfronteerd; een grote opdrachtgever die een betalingstermijn hanteert van meer dan 60 dagen. Vanaf 1 juli jl. is dit niet meer toegestaan op grond van de Wet uiterste betalingstermijn van 60 dagen voor grote ondernemingen.
Wat houdt deze nieuwe wet in?
Grote ondernemingen kunnen geen langere betaaltermijn dan 60 dagen meer hanteren. Overeenkomsten met betaaltermijnen van langer dan 60 dagen worden nietig verklaard en de betaaltermijn wordt van rechtswege omgezet in een betaaltermijn van 30 dagen.
Als de afnemer de factuur pas na 30 dagen betaalt, is van rechtswege wettelijke handelsrente verschuldigd over de termijn die de 30 dagen overschrijdt. Deze wettelijke rente wijzigt periodiek en bedraagt nu 8%.
Wanneer is er sprake van een grote onderneming?
Daarvoor gelden 3 criteria: (1) de waarde van de activa op de balans dient groter te zijn dan € 20 miljoen, (2) de netto-omzet in een boekjaar is groter dan € 40 miljoen en (3) en in een boekjaar zijn er gemiddeld meer dan 250 werknemers in dienst. Een onderneming die twee aaneengesloten (boek)jaren aan minimaal twee van deze criteria voldoet is een grote onderneming.
Hoe kun je dit afdwingen?
Natuurlijk kan nakoming van de wet via de rechter worden afgedwongen. Dit is veelal niet aantrekkelijk om commerciële redenen. Om dat de rente pas na 5 jaar verjaart kan deze dus bijvoorbeeld ook gevorderd worden na beëindiging van de handelsrelatie.
De verwachting van de opstellers van de wet is dat grote bedrijven geen langere betalingstermijnen van 60 dagen meer zullen overeenkomen, omdat zij dan expliciet de wet overtreden. Als zij dit wel doen, dan kan dat zorgen voor onrust bij aandeelhouders, klanten en werknemers, aldus de opstellers van de wet. Ook bestaat het risico voor grote bedrijven dat zij na enkele jaren alsnog worden geconfronteerd met claims.
Geldt de wet nu direct voor alle overeenkomsten met grote bedrijven?
Nee, voor bestaande overeenkomsten geldt er een overgangstermijn van 1 jaar. Voor bestaande overeenkomsten geldt de nieuwe wet dus vanaf 1 juli 2018.
Als er geen sprake is van een grote onderneming, wat dan?
Als er sprake is van een overeenkomst tussen bedrijven, niet zijnde grote ondernemingen, dan geldt een wettelijke betalingstermijn van 30 dagen. Partijen kunnen hiervan in hun overeenkomst afwijken en een kortere of langere termijn afspreken. Een langere termijn dan 60 dagen is alleen toegestaan als beide partijen hier uitdrukkelijk mee instemmen en deze langere betalingstermijn niet ‘kennelijk onbillijk’ is voor de schuldeiser. Op grond van de nieuwe wet mogen grote bedrijven dit niet meer afspreken.
En voor overheden, wat geldt er voor hen?
Voor overheden, zoals de Staat, een provincie, gemeente, waterschappen of een publiekrechtelijke instelling geldt een betalingstermijn van 30 dagen. Bij te late betaling is de overheid ook de wettelijke rente verschuldigd.
De overheid kan alleen dan hiervan afwijken indien uitdrukkelijk overeengekomen wordt dat in verband met bijzondere omstandigheden een langere termijn billijk is.
Vragen?
Heeft u vragen over dit of andere onderwerpen betreffende de betaling van facturen, neemt u dan gerust vrijblijvend contact op.