Nederland kent talloze wetten en regels op het gebied van de fysieke leefomgeving. Hieronder vallen onderwerpen als: bouwen, milieu, waterbeheer, ruimtelijke ordening, monumentenzorg en natuur. Een ingewikkeld stelsel waarin bijna niemand meer goed zijn weg kan vinden. Daarom komt de Omgevingswet: één wet die alle wetten op het gebied van de leefomgeving makkelijker maakt en bundelt.
Even ter herinnering: wat zijn ook alweer de uitgangspunten en verbeterdoelen van de nieuwe wet?
Het moet eenvoudiger, efficiënter en beter
Projecten moeten in samenhang en per gebied worden aangepakt. Procedures mogen niet meer eindeloos duren, regelgeving moet voorspelbaar, betaalbaar en transparant zijn. Onderzoekslasten kunnen worden verminderd.
Zekerheid en dynamiek
Bescherming van burgers blijft een belangrijk doel. Daarnaast moet het ook uitnodigen tot nieuwe initiatieven en ontwikkelingen en niet alles bij voorbaat dichttimmeren.
Ruimte voor duurzame ontwikkeling
Veel regels zijn verouderd en staan innovatieve ontwikkelingen, gericht op duurzaamheid, in de weg. Het nieuwe omgevingsrecht ondersteunt en stimuleert juist de transitie naar een duurzame samenleving.
Ruimte voor regionale en lokale verschillen
Wat goed is voor de ene regio is niet altijd geschikt voor de andere. Het nieuwe omgevingsrecht is flexibel, waardoor provincies en gemeenten regionaal, lokaal en gebiedsgericht kunnen leveren.
Actieve en kwalitatief goede uitvoering
Het huidige (oude) omgevingsrecht is gericht op het beschermen van (deel)belangen en daardoor defensief. Het nieuwe omgevingsrecht is flexibel en biedt transparante en doelmatige procedures. Die prikkelen bestuurders tot actief gedrag dat is gebaseerd op vertrouwen en het dragen van verantwoordelijkheid. Het nieuwe omgevingsrecht nodigt ook uit tot het maken van integrale bestuurlijke afwegingsruimte.
Landelijk onderzoek
Het landelijk programma ‘Aan de slag met de Omgevingswet’ is een monitor gestart om inzichtelijk te maken in hoeverre de doelstellingen van de Omgevingswet gehaald (kunnen) worden. Als onderdeel van de monitor deed I&O Research (hierna: I&O) onderzoek naar participatieprocessen, zienswijze-en bezwaarprocedures. In het onderzoek van I&O worden vier verwachtingen aangestipt die betrekking hebben op informatievoorziening, ambtelijke werkprocessen, participatie en dienstverlening:
1. Steeds meer informatie direct van de initiatiefnemer
Verwacht wordt dat met de komst van de Omgevingswet informatie over initiatieven steeds vaker van de initiatiefnemers zelf zal komen. De overheid vraagt hen een rol te spelen in de afstemming van het initiatief met overige belanghebbenden.
2. Meer integraliteit en soepelere besluitvorming
De Omgevingswet moet zorgen voor een overheid die meer integraal opereert (een loket gedachte). Meer samenhang in beleid moet gaan leiden tot een soepelere besluitvorming. Dit kan bijvoorbeeld door minder contactmomenten met verschillende overheden en sneller contact met de juiste persoon. Als bijvoorbeeld gemeente en provincie allebei verantwoordelijk zijn voor een vergunningaanvraag, dan moet straks een van beide bestuursorganen de besluitvorming coördineren.
3. Participatieprocessen dragen bij aan vertrouwen in de overheid
Alle overheden in Nederland hebben te maken met steeds intensievere burgerparticipatie. Participatiebeleid is echter vaak verouderd of ontbreekt. Een beleidsarme aanpak kan uitstekend werken maar met de komst van de Omgevingswet wordt (de rol van) participatie nog belangrijker. De overheid gaat eisen stellen aan hoe initiatiefnemers mogelijk belanghebbenden moeten informeren en betrekken. Hiermee komt ook meer de nadruk te liggen op duidelijke kaders hoe de overheid zelf met participatie omgaat.
4. Minder bezwaren en meer begrip voor besluitvorming
Met de komst van de Omgevingswet verandert de houding/uitgangspositie voor de overheid: ‘nee, tenzij’ wordt ‘ja, mits’. Door deze toenemende flexibiliteit ligt het gevaar van willekeur op de loer. Een duidelijke regierol binnen de vergunningverlening is noodzakelijk om (gevoelens van) onrechtvaardigheid te voorkomen. Verwacht wordt dat door een meer open afhandelingsprocedure er meer begrip komt voor het afwegingsproces van de overheid.
Uit het onderzoek van I&O kwam naar voren dat er nog veel moet gebeuren/veranderen voordat aan deze verwachtingen kan worden voldaan. Dit betekent dus ook dat er nog hard moeten worden gewerkt om de verbeterdoelen van de Omgevingswet straks te kunnen halen. Dit vergt niet alleen veel (extra) inspanning van de overheid, maar ook van initiatiefnemers die hun idee/initiatief straks graag snel gerealiseerd willen zien.